Of ik iets wilde schrijven over het thema ‘Democratie onder druk’ in het kader van de Vredesweek. Oef, er is mij weleens iets gevraagd wat ik minder spannend vond. In doopsgezinde kringen wordt het je tenslotte als theoloog niet altijd in dankbaarheid afgenomen als je je uitlaat over politieke onderwerpen. Je krijgt al snel te horen dat geloof en politiek niets met elkaar te maken hebben. Of je krijgt het verwijt dat je je als christen niet met politiek moet inlaten, waarbij verwezen wordt naar de vroege dopers die een strikte scheiding tussen kerk en staat voorstonden.
Maar intussen is de bijbel in mijn ogen, naast dat het een boek is van bemoediging, troost en inspiratie, een door en door politiek boek. Alleen denk ik niet dat je met de bijbel in de hand het land kunt besturen. Het is meer een boek voor profeten, voor critici en dwarsliggers dan voor bestuurders. Over de democratie als staatsrechtelijke vorm laat de bijbel zich naar mijn weten niet uit. Dus waarom zouden we ons er dan druk over maken wanneer de democratie onder druk staat? Tja, mogelijk omdat we die democratie toch zien als een waarborg voor andere bijbelse waarden die we van belang achten, voor de zorg voor wat kwetsbaar is en hulpbehoevend, voor de spreekwoordelijke arme, vluchteling, weduwe en wees, voor het behoeden en behouden van Gods schepping.
Maar democratie, wat is dat eigenlijk? Tja, waar moet je beginnen? In Nederland kennen we een zogeheten ‘parlementaire democratie’. En sinds een ruime eeuw kennen we het algemeen kiesrecht. Alle kiesgerechtigde inwoners van 18 jaar en ouder kiezen samen een volksvertegenwoordiging, die wetten maakt en in feite het beleid voor ons land vaststelt, namens ons allemaal. Daarbij hebben we een aantal waarborgen ingebouwd in onze grondwet. Een van de belangrijkste daarvan, die we in de grondwet hebben vastgelegd, is in mijn ogen dat we een onafhankelijke rechterlijke macht hebben, die er op moet toezien dat wetten ook worden nageleefd.
Dat het ook daar mis ging in de toeslagenaffaire, dat de overheid zelfs de rechtspraak naar haar hand lijkt te kunnen zetten, of gewoon met de macht van geld en geduld de uitputtingsslag tegen kwetsbare burgers ‘wint’ – dat vind ik zorgwekkend. Juist omdat het hier ging om het beschermen van kwetsbaren.
Dat de overheid zelfs de rechtspraak naar haar hand lijkt te kunnen zetten, vind ik zorgwekkend
Ja, het lijkt er inderdaad op dat de democratie onder druk staat. Steeds meer mensen lijken ontevreden te zijn met wat ‘Den Haag’ doet. En als we over ‘Den Haag’ spreken in wij-zij termen, dan is er inderdaad iets mis. Er is blijkbaar een groeiend deel van de bevolking dat zich door de volksvertegenwoordiging – het parlement – helemaal niet meer vertegenwoordigd voelt. Dus hoe zit dat dan met die democratie? Nou, dan moeten we eerst toch even terug naar de vraag wat dat nu eigenlijk is, democratie.
Het woord democratie komt uit het Grieks en betekent letterlijk ‘heerschappij van het volk’. De democratie is, voor zover ik mij herinner van mijn lessen geschiedenis, een uitvinding van de Oude Grieken. In de stadstaat Athene werd elk jaar een volksvertegenwoordiging gekozen, die dat jaar de stadstaat bestuurde. Nu konden alleen vrije mannelijke ingezetenen als volksvertegenwoordiger worden gekozen (Athene was niet ‘slaafvrij’ en vrouwen hadden een andere rol in de samenleving), maar verder kon iedereen aan de beurt komen. Je werd gekozen middels loting en je wist dat volgend jaar anderen de stad zouden besturen. Het idee was dat de gekozenen zo zouden worden gemotiveerd om te handelen in het licht van het algemeen belang.
Dat is wezenlijk iets anders dan onze huidige parlementaire democratie. Het is veel nabijer, veel directer – en ik denk ook transparanter. Maar ja, de Atheense stadstaat was natuurlijk ook veel kleinschaliger. De vergelijking is dus oneigenlijk. Toch roept de vergelijking wel vragen wakker. Heeft het volk nog wel de macht? Bepalen wij zelf – met elkaar – nog wel de koers van ons land, de inrichting van ons leven en samenleven? Misschien is dat wel de grootste zorg aangaande onze democratie: dat heel veel mensen het gevoel hebben dat hun belangen niet langer behartigd worden door degenen van wie zij veronderstelden dat ze dat zouden doen. Het volk voelt zich niet meer vertegenwoordigd door de volksvertegenwoordiging. Maar hoe komt dat nu? En is het een terechte klacht? En als het zo is, wat zijn dan de risico’s? En belangrijker misschien nog: is er ook een oplossing?
Is er ook een oplossing?
Wat het vertrouwen in de democratie ook niet heeft bevorderd, is het neoliberale mensbeeld dat de voorbije twintig jaar bepalend geweest is in het politiek beleid, want dat hanteert wantrouwen juist als uitgangspunt. Het lijkt gestoeld op de oude leerstelling dat de mens tot niets goeds in staat is en geneigd tot alle kwaad – en dan in het bijzonder het kwaad van de fraude. Dat wordt nog eens versterkt door bewindslieden die het zelf met de waarheid en hun geheugen niet zo nauw lijken te nemen – en daar dan steeds mee wegkomen.
Stond er niet ergens geschreven: “Gij zult geen onwaarheid spreken”? Het wordt weleens over het hoofd gezien, maar feitelijk is die bijbelse drieslag ‘niet stelen, niet liegen, niet doodslaan’ een soort minimale basis voor iedere vorm van samenleven. Als die drie zaken niet meer worden nageleefd, dan staat elke vorm van samenleven uiteindelijk onder druk. Zonder die drie kan een democratie niet functioneren. Je kunt met de bijbel in de hand geen politiek bedrijven, maar wel de politiek bij de les houden.
Democratie onder druk. Het doet ook wat denken aan de waarschuwingen die het volk Israël kreeg toen het bedacht dat het net als de omringende volken een koning wilde. Die koning, zo werd het volk voorgehouden, zou niet alleen goed voor het volk zorgen, maar eerst en vooral goed voor zichzelf. En zo wordt de democratie van binnenuit uitgehold wanneer de volksvertegenwoordigers niet het belang dienen van het volk dat ze vertegenwoordigen, maar het belang van de peilingen, of van hun eigen positie. Maar ook het centraal stellen van abstracte grootheden als de economie of het klimaat kan ertoe leiden dat mensen zich niet meer gehoord voelen. Zowel economie als klimaat kunnen tot een Mammon worden waar alles aan moet worden opgeofferd.
Economie en klimaat kunnen tot een Mammon worden
En versta mij niet verkeerd: ik maak mij oprecht zorgen over het klimaat, en ik weet heel goed dat er in onze samenleving grote groepen mensen zijn die bij een economische recessie ernstig in de problemen zouden komen – maar we lijken soms te vergeten dat het gaat om mensen.
Elders in de wereld zijn er nog heel andere factoren die de democratie bedreigen. Neem de recente liquidaties in Midden-Amerika waar politici worden vermoord in opdracht van drugskartels, omdat zij beloofd hebben die drugskartels aan te pakken. Of neem, dichterbij huis, Turkije, waar de zittende president de voorbije jaren talloze politieke tegenstanders heeft laten opsluiten; of Israël, waar Netanyahu het hooggerechtshof buitenspel heeft weten te zetten.
Ook in Nederland komt het voor dat criminelen politici en volksvertegenwoordigers onder druk proberen te zetten. Maar de democratie wordt evengoed bedreigd wanneer ontevreden groepen in de samenleving het recht in eigen hand nemen en middels geweld en intimidatie proberen de bestuurders besluiten te laten terugdraaien en hun beleid te laten aanpassen.
Overigens is dit wel een lastig gebied. Het verkeer hinderen door massaal met tractoren de snelweg op te gaan, is mijns inziens een vorm van geweldloos verzet. Wanneer die tractoren worden ingezet om voertuigen aan de kant te duwen of ordehandhavers te belagen, dan lijkt er sprake te zijn van geweld. De scheidslijnen zijn soms dun. En als je je vastplakt aan een kunstwerk en daarmee dat kunstwerk beschadigt dat voor veel mensen van groot belang is, hoe vreedzaam is dat protest dan nog?
Hoe vreedzaam is dat protest dan nog?
Juist de wijze waarop we in onze democratie met geweldloos verzet omgaan, vind ik vanuit het oogpunt van onze eigen doperse traditie interessant en tegelijk ook zorgwekkend. Een van de manieren om binnen ons democratisch stelsel je stem te laten horen is altijd het protest geweest. Daarbij hebben doopsgezinden regelmatig de grenzen van de wet opgezocht middels vormen van burgerlijke ongehoorzaamheid en geweldloze weerbaarheid. Nu sommige actiegroepen die vormen van geweldloze weerbaarheid inzetten om hun protesten kracht bij te zetten, groeit in politiek Den Haag de roep om deze vormen van protest wettelijk aan banden te leggen, of zelfs te verbieden. Blijkbaar is het instrument van de geweldloze weerbaarheid zo krachtig dat de machthebbers er daadwerkelijk voor vrezen. Dat is natuurlijk goed nieuws! Maar dat er nu stemmen opgaan om die vormen van geweldloos verzet te verbieden – dat het op die wijze naleven van je geloofsovertuiging strafbaar zou worden – dat roept wel de vraag op wat onze democratie dan nog voorstelt.
Maar goed, al dat verzet, al dat protest, geweldloos of niet, dat heeft toch ook een reden? Waar komt al die onvrede toch vandaan? Het lijkt wel alsof we er collectief niet meer mee om kunnen gaan wanneer we onze zin niet krijgen. Maar democratie betekent nu eenmaal niet dat we altijd onze zin zullen krijgen. In een parlementaire democratie is de afspraak dat we een aantal mensen aanwijzen om in goede samenspraak en harmonie het algemeen belang te dienen. En dat algemeen belang komt niet altijd overeen met het eigen hoogste geluk.
Misschien moeten we intussen ook eens wat aandachtiger kijken naar de vermeende democratieën in en buiten Europa. Kijk naar Hongarije, naar Turkije, naar Israël. In al die landen waar de democratie onder druk staat, staat ook de vrijheid van grote groepen mensen onder druk: de vrijheid om te trouwen met wie ze willen, de vrijheid om te zeggen wat ze vinden, de vrijheid om hun godsdienst te beleven, de vrijheid om hardop te zeggen dat ze de regering een aanfluiting vinden. Veel waarden die wij als doopsgezinden in Nederland lijken te onderschrijven zijn daar helemaal niet zo zeker. Als je dat tot je door laat dringen, dan ga je toch bedenken dat onze parlementaire democratie met zijn algemeen kiesrecht in de voorbije eeuw veel goeds heeft gebracht. Dan gaan we misschien weer beseffen dat een democratie misschien wel niet ideaal is, maar toch verkieslijk boven de meeste andere staatsvormen die we kennen. Daar mogen we dus wel iets zuiniger op zijn. En daar behoort dan ook het recht bij om in vrijheid te demonstreren en op geweldloze wijze dwars te liggen.
Dat biedt hoop
Natuurlijk, er zijn meer factoren aan te wijzen waardoor de parlementaire democratie in ons land onder druk lijkt te komen te staan. Ik pretendeer ook niet dat ik het hele plaatje volledig geschetst heb. Tegelijk heb ik nog steeds vertrouwen in de toekomst van ons democratisch stelsel. Het feit dat een parlementariër als Pieter Omtzigt, die zich heel nadrukkelijk profileert als ‘volksvertegenwoordiger’, zoveel los weet te maken en in de peilingen zo veel steun lijkt te krijgen: dat biedt hoop. Niet dat ik denk dat Pieter Omtzigt het probleem gaat oplossen (ik ga ook niet op hem stemmen), maar omdat het zichtbaar maakt dat hij niet de enige is die meent dat de democratie onder druk staat. Het is blijkbaar een breed gedeelde zorg – en als heel veel mensen overwegen op hem te stemmen, dan zijn er dus ook nog steeds heel veel mensen die denken dat we de democratie kunnen redden.
Als de onvrede met de democratie zich vervolgens vertaalt in politieke aardverschuivingen tijdens de parlementsverkiezingen, dan kan dat ook worden uitgelegd als een signaal dat die democratie nog steeds springlevend is: dan heeft immers het volk gesproken. Maar als de uitslag ertoe leidt dat de arme, de vluchteling, de weduwe en de wees (en misschien ook wel de schepping) straks weer aan het kortste eind trekken, dan is het de vraag wat we er bijbels gezien bij gewonnen hebben.
Hopelijk zullen er ook dan weer mensen zijn die een bijbels geïnspireerd profetisch geluid laten horen wanneer de nieuwe bestuurders de kwetsbaren in de samenleving lijken te vergeten, en zullen er nog steeds mensen zijn die het aandurven om middels vormen van geweldloze weerbaarheid op te komen voor het algemeen belang.
Fulco van Hulst is theoloog en ethicus
Tekst: Fulco van Hulst
Beeld: Chris Slupski