Het ontmoetingsweekend van de European Mennonite Students of Theology (EMST) werd gehouden in Detmold, Duitsland, waar het Museum voor Russisch-Duitse cultuurgeschiedenis werd bezocht. Herdenkingscultuur was dan ook het hoofdonderwerp van het weekend, met speciale aandacht voor de ervaringen van Russisch-Duitse wederdopers/doopsgezinden.
Herinneren lijkt een natuurlijk menselijk fenomeen, maar is in feite ook een politieke beslissing die te maken heeft met bewuste en onbewuste selectie en interpretatie. De traumatische ervaringen van ontheemding en genocide van Russisch-Duitse wederdopers/doopsgezinden maken het doorgeven van hun verleden aan de volgende generaties nog complexer. Het mogelijke ‘geheugenverlies’, als gevolg van assimilatie aan de cultuur van de landen waarheen ze zijn geëmigreerd, levert spanning op.
Ik ben zelf migrant uit Hong Kong, nu studerend aan het Doopsgezind Seminarium/VU in Amsterdam, voor de master Peace, Trauma, Religion. De discussies tijdens het weekend hebben mij doen nadenken over mijn eigen ervaringen. Na jaren van politieke strijd te hebben meegemaakt voordat ik naar Nederland verhuisde, voel ik het als mijn verantwoordelijkheid om de politieke situatie thuis nauwlettend in de gaten te houden. Maar ook al ben ik pas ruim een half jaar in Nederland, nu al kan ik de politieke dynamiek in Hong Kong niet meer bijhouden. Ik ben gaan beseffen dat mijn interpretatie en herinnering aan thuis onvermijdelijk verder verwijderd zal raken van het collectieve geheugen, hoe langer ik van huis weg ben. En dat kan leiden tot angstige gevoelens, aangezien collectiviteit nauw verband houdt met verbondenheid en solidariteit, vooral als het gaat om een gemeenschap die traumatiserende gebeurtenissen of uitsluiting heeft meegemaakt.
Een persoon zijn die niet in de collectieve gemeenschap past, kan intimiderend zijn. Maar nadenken over het christelijk geloof en het discipelschap van de Jezusbeweging, leert ons dat we geroepen zijn het zout der aarde te worden. Dat betekent ook dat we onszelf moesten positioneren als de profetische stem die vaak niet overeenkomt met de norm. Wanneer binnen een bepaalde collectiviteit andere uitdrukkingsvormen als taboe worden beschouwd, kan deze alternatieve stem een vragende stem worden en een stimulans voor nieuwe verbeeldingskracht.
Fascinerend vond ik het dat grote aantallen Russisch-Duitsers geworteld bleken te zijn in de anabaptistische traditie. De politieke uitdagingen in de Sovjet-Unie maakten echter dat ze ervoor kozen zich aan te sluiten bij de baptistische en evangelische tradities. Zoals men kan raden leidde dit tot drastische veranderingen in hun theologische leer. Deze van oorsprong wederdopersgemeenschappen hebben zich dan ook ontwikkeld tot zeer diverse gemeenschappen. Maar ondanks dat ze in het verleden enorme onderdrukking hebben ervaren, is de vredestheologie het centrum van hun geloof en praktijk gebleven, met name voor wat betreft de weigering deel te nemen aan oorlogsvoering.
Tot nu toe is een diepgaande dialoog tussen de diverse anabaptistische- en mennonietengroepen uitgebleven. Misschien kan vrede het centrale onderwerp worden om deze groepen met elkaar in gesprek te brengen. Zulke zinvolle gesprekken zouden een positief impact kunnen hebben op onze wereld vol conflicten en leed dat geworteld is in discrepanties. Misschien kan zulk kerngeloof van vrede een van de belangrijke drijvende krachten zijn om de mensheid over de hele wereld te verenigen en te inspireren tot samenwerking voor verandering.
Tekst: Eric Sin, Student Masterprogramma ‘Peace, Trauma and Religion’ aan de VU.