Het Centraal Comité van de Wereldraad van Kerken heeft op de laatste dag van hun bijeenkomst in Johannesburg opgeroepen tot een decennium van Klimaatrechtvaardigheid.
Met onze huidige levensstijl van consumeren gaan we de hernieuwingskracht van de aarde ver te buiten, aldus een van de vertegenwoordigers van het comité. Het is absolute noodzaak om ons hart te bekeren tot een veel gezondere, meer houdbare levenswijze en economie. Alleen door een bekering van het hart kunnen we tot de diepgaande verandering komen die nodig is om het leven op aarde te kunnen behouden, zo is de gedachte.
De keuze om de komende jaren klimaatrechtvaardigheid centraal te stellen in het werk van de oecumenische gemeenschap is opmerkelijk. Aan de ene kant is het decennium van Klimaatrechtvaardigheid in lijn met eerdere thematische decennia, te weten de Decade to Overcome Violence (2001-2010) en de Pelgrimage van Vrede en Gerechtigheid (2013-2023). Er klonken echter ook stemmen die opriepen om terug te keren naar het doel waartoe de Wereldraad ooit was opgericht: het werken aan grotere theologische eenheid van kerken, op specifieke leerstellige splijtzwammen. Critici van de eerdere decennia vonden de thematiek van vrede en gerechtigheid hiervan afleiden. Een al te maatschappelijke focus zou te wereldlijk zijn: de vraag naar gerechtigheid en vrede houdt al veel hulporganisaties bezig en de Wereldraad is geen hulporganisatie, maar opgericht voor een theologische ontmoeting tussen verschillende lidmaten.
Voorstanders hebben echter steeds onderstreept dat een inzet voor grotere rechtvaardigheid en vrede de kern is waar het in het christelijk geloof – en dus ook in de theologie – om gaat. Juist op deze thema’s zouden kerken hun gemeenschappelijkheid moeten vinden.
Dat er opnieuw gekozen is voor een urgente kwestie die niet alleen de kerk, maar de hele aarde aangaat, kan al met al gezien worden als bevestiging van een koers waarbij theologie en leven in ‘aardse’ nood elkaar niet slechts veel, maar álles te zeggen hebben.
Tekst: Iris Speckmann
Beeld: Albin Hillert (WCC)